Uitvoering van aangekondigde maatregelen ter versterking van tewerkstelling in vitale sectoren!
De gevolgen van de coronapandemie laten zich ook sterk voelen bij de werkgevers die actief zijn in onder meer de land- en tuinbouw. Deze worden immers momenteel geconfronteerd met onder andere een acuut tekort aan arbeidskrachten.
Om alsnog voldoende arbeidskrachten te voorzien in de vitale sectoren, worden bepaalde concrete maatregelen genomen.
Hieronder gaat we hierop nader in.
Wat zijn de vitale sectoren?
Onder de vitale sectoren begrijpen we de werkgevers die actief zijn in de volgende paritaire comités:
- Paritair Comité voor de landbouw (PC 144), voor zover de werknemer uitsluitend wordt tewerkgesteld op de eigen gronden van de werkgever;
- Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf (PC 145), met uitzondering van de sector inplanting en onderhoud van parken en tuinen;
- Paritair Comité voor het bosbouwbedrijf (PC 146);
- Paritair Comité voor de uitzendarbeid en de erkende ondernemingen die buurtwerken of -diensten leveren (PC 322), voor zover de uitzendkracht wordt tewerkgesteld bij een gebruiker in één van de bovengenoemde sectoren.
Welke maatregelen worden voorzien?
Indien een tijdelijk werkloze het werk tijdelijk hervat bij een andere werkgever die behoort tot een vitale sector, behoudt deze werknemer 75% van zijn werkloosheidsuitkering tijdens de werkhervattingsperiode.
Op deze manier wil men tijdelijk werklozen aansporen om actief te zijn in de vitale sectoren.
Indien een werkloze met bedrijfstoeslag het werk tijdelijk hervat in een vitale sector al dan niet bij zijn eigen ex-werkgever behoudt de werkloze 75% van zijn werkloosheidsuitkering tijdens de werkhervattingsperiode.
De werkloze met bedrijfstoeslag die tijdelijk het werk hervat bij een andere werkgever behoudt het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van zijn ex-werkgever.
Indien de werkloze met bedrijfstoeslag tijdelijk het werk hervat bij de ex-werkgever, is deze niet verplicht om de aanvullende vergoeding verder te betalen.
Indien deze de aanvullende vergoeding toch verder blijft betalen, zal deze tijdelijk kunnen toegekend worden zonder dat er hierop Decava-bijdragen noch gewone RSZ-bijdragen verschuldigd zijn.
De hierboven vermelde maatregelen gelden voor de maanden april en mei 2020.
Bron:
- Koninklijk besluit 23 april 2020 tot het tijdelijk versoepelen van de voorwaarden waaronder werklozen, al dan niet met bedrijfstoeslag, kunnen worden tewerkgesteld in vitale sectoren en tot het tijdelijk bevriezen van de degressiviteit van de volledige werkloosheidsuitkeringen, BS 30 april 2020.
Dit bericht delen: