PC 149.01 - Elektrische installatie en distributie: Nationaal Akkoord 2019-2020
Op 26 juni 2019 werd tussen de sociale partners van het Paritair Subcomité voor Elektrische installatie en distributie (PC 149.01) een akkoord ondertekend waarin een aantal afspraken werden vastgelegd met betrekking tot de loon- en arbeidsvoorwaarden voor de periode 2019-2020.
Het nieuwe akkoord heeft uitwerking vanaf 1 juli 2019.
In afwachting van publicatie in het Belgisch Staatsblad vindt u hieronder alvast een overzicht van de belangrijkste bepalingen.
Koopkracht
Verhoging van de minimumlonen en effectieve lonen
Met ingang van 1 juli 2019 worden alle sectorale minimumlonen en effectieve lonen met 1,1% verhoogd, behalve in bedrijven waar een alternatieve ondernemingsenveloppe is voorzien.
Deze alternatieve enveloppe is enkel mogelijk in ondernemingen waar een vakbondsafvaardiging is opgericht. Het alternatief moet gelijkwaardig zijn aan een verhoging van de loonmassa met 1,1%, onder loonmassa wordt begrepen de effectieve bruto uurlonen alsook bijhorende sociale lasten.
Een dergelijk alternatief wordt in twee stappen vastgelegd:
- Voorafgaandelijk dienen zowel de werkgever als alle in de onderneming vertegenwoordigde werknemersorganisaties akkoord te gaan met een bedrijfseigen besteding van de enveloppe. In ondernemingen met meerdere zetels wordt de beslissing genomen op groepsniveau.
- Indien aan deze eerste voorwaarde werd voldaan, dan dient uiterlijk op 30 september 2019 een cao op ondernemingsniveau opgesteld te worden waarin de modaliteiten van het alternatief zijn uitgewerkt.
Eindejaarspremie
Vanaf 1 juli 2019 wordt een pro rata eindejaarspremie toegekend indien de arbeidsovereenkomst door de arbeider zelf wordt beëindigd en hij/zij minstens 5 jaar anciënniteit heeft in een onderneming met werkgeverscategorie 467.
Fonds voor bestaanszekerheid
Verhoging aanvullende vergoedingen
Met ingang van 1 juli 2019 worden de aanvullende vergoedingen die door het Sociaal Fonds worden uitgekeerd als volgt verhoogd:
Terugbetaling kosten kinderopvang
Vanaf 1 januari 2019 tot 31 december 2021 kunnen arbeiders aanspraak maken op een terugbetaling van de kosten voor kinderopvang door het Fonds voor Bestaanszekerheid.
Deze terugbetaling geldt voor de kosten voor opvang van kinderen tot de leeftijd van 3 jaar in een gezins- of groepsopvang erkend door Kind & Gezin of door l’Office de la Naissance et l’Enfance en bedraagt 3 EUR per dag met een maximum van 300 EUR per jaar.
Mobiliteit en woon-werk
Woon-werkverkeer
Vanaf 1 juli 2019 geldt dat:
- het openbaar vervoer volledig wordt terugbetaald aan 100% wanneer er geen derdebetalersregeling van toepassing is.
- de werkgeverstussenkomst in het privévervoer wordt verhoogd met 5%.
- de fietsvergoeding wordt verhoogd naar 0,24 EUR per km, met minimaal de vergoeding gelijk aan de tussenkomst van de werkgever in het privévervoer.
Mobiliteit
Op het ogenblik van inwerkingtreding van het Koninklijk Besluit (KB) dat een verhoging mogelijk maakt, zal de mobiliteitsvergoeding opgetrokken worden naar:
- 0,1569 EUR per kilometer voor chauffeurs met passagiers;
- 0,1384 EUR per kilometer voor passagiers;
- 0,1453 EUR per kilometers voor chauffeurs zonder passagiers.
Er wordt een dag mobiliteitsverlof toegekend aan elke arbeider die jaarlijks ten minste 43.000 kilometer aflegt. Deze betaalde verlofdag wordt toegekend in het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar waarin het aantal kilometer bereikt werd.
Vorming en opleiding
Bedrijfsopleidingsplannen
De sociale partners zullen een procedure afspreken die vanaf 1 januari 2020 gevolgd moet worden bij weigering van de werknemersdelegatie in de ondernemingsraad om een door de werkgever voorgesteld bedrijfsopleidingsplan goed te keuren.
De Collectieve Arbeidsovereenkomst van 12 december 2018 inzake vorming en opleiding (150.206/CO/149.01) zal vanaf 1 juli 2019 in die zin worden aangepast.
Arbeidsorganisatie en flexibiliteit
Vrijwillige overuren en interne grens
De eerste 60 vrijwillige overuren worden niet meegeteld in de totale duur van de verrichte arbeid.
Het aantal vrijwillige overuren kan verhoogd worden van 120 naar 180 per kalenderjaar indien op ondernemingsvlak een cao wordt gesloten met alle vakorganisaties vertegenwoordigd in de vakbondsafvaardiging.
In afwijking hiervan kan de verhoging van het aantal vrijwillige overuren in ondernemingen zonder vakbondsafvaardiging ook gebeuren door het voorafgaandelijk indienen van een toetredingsakte bij de Griffie van de algemene directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, met kopie aan de voorzitter van het Paritair Comité.
De toepassing van bovenstaande bepalingen is beperkt tot de periode van 1 juli 2019 tot en met 30 juni 2021.
Klein verlet bij overlijden
Het klein verlet bij overlijden van de echtgeno(o)t(e) of de partner, van een kind van de arbeid(st)er en de echtgeno(o)t(e) of partner, van een door de arbeid(st)er opgevoed kind, van de vader, moeder, schoonvader, stiefvader, schoonmoeder of stiefmoeder van de arbeid(st)er wordt verhoogd tot 4 dagen indien deze personen inwonend zijn.
Eindeloopbaan
Tijdskrediet en loopbaanvermindering
De leeftijd wordt op 55 jaar gebracht voor arbeiders die hun arbeidsprestaties willen verminderen met 1/5de in het kader van een landingsbaan na 35 jaar loopbaan of in een zwaar beroep.
De leeftijd wordt op 57 jaar gebracht voor arbeiders die hun arbeidsprestaties willen verminderen tot een halftijdse tewerkstelling in het kader van een landingsbaan na 35 jaar loopbaan of in een zwaar beroep.
Stelsel van Werkloosheid met Bedrijfstoeslag (SWT)
Voor de periode vanaf 1 januari 2019 tot en met 30 juni 2021 zijn onderstaande stelsels van werkloosheid met bedrijfstoeslag van toepassing:
- SWT op 59 jaar mits 40 jaar loopbaan
- SWT op 59 jaar mits 35 jaar loopbaan in zwaar beroep
- SWT op 59 jaar mits 33 jaar loopbaan waarvan 20 jaar nachtarbeid
- SWT op 59 jaar mits 33 jaar loopbaan in zwaar beroep
De arbeiders kunnen op aanvraag vrijgesteld worden van de verplichting om beschikbaar te blijven voor de arbeidsmarkt.
Dit bericht delen: