Eindelijk duidelijkheid m.b.t. vertrekvakantieregeling in 2022 voor betaalde voetballers
Anno 2022 kende het statuut van de betaalde sportbeoefenaars ingrijpende wijzigingen.
Zo is onder meer de jaarlijkse vakantiewetgeving bedienden vanaf 1 januari 2022 van toepassing. In de praktijk gaf dit aanleiding tot talloze vragen die vaak onbeantwoord bleven.
Om komaf te maken met de onduidelijkheid m.b.t. het al dan niet verschuldigd zijn aan betaalde voetballers van het wettelijk vertrekvakantiegeld werd recent een koninklijk besluit gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.
Hierin werd een overgangsregeling voorzien voor het vertrekvakantiegeld vanaf 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 voor betaalde voetballers. De sectorale regeling wordt verder toegepast.
Aparte regeling vertrekvakantiegeld betaalde sportbeoefenaars
De betaalde voetbalspelers die gebonden zijn door een arbeidsovereenkomst cf. de wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars ontvangen een enkel en dubbel vertrekvakantiegeld dat volgens specifieke modaliteiten berekend wordt.
A. Enkel vertrekvakantiegeld
Het enkel vertrekvakantiegeld is gelijk aan de helft van:
- Voor het vast gedeelte van de wedde: per werkelijk gepresteerde of ermee gelijkgestelde maand in de loop van het vakantiejaar bij de huidige werkgever een toeslag gelijk aan 1/12de van 100% van de normaal verdiende vaste brutowedde van de maand van vertrek;
- Voor het veranderlijk gedeelte van de wedde: per gepresteerde of daarmee gelijkgestelde maand tijdens het vakantiejaar bij de huidige werkgever een toeslag van 1/12de van de volledige contractuele of overeengekomen bruto winstpremie van de eerste ploeg in de Belgische nationale competitie van toepassing op de eerste competitiewedstrijd van het nieuwe seizoen in het vakantiedienstjaar, ongeacht het feit of de speler effectief aan deze wedstrijd heeft deelgenomen.
Indien de betaalde voetbalspeler op dat ogenblik niet in dienst was van de huidige werkgever dient de berekening te gebeuren op de eerste normale verschuldigde winstpremie.
Het enkel vertrekvakantiegeld moet minstens 1/12de bedragen van het minimumloon voor betaalde voetbalspelers.
In geval van onvolledige prestaties tijdens een maand gebeurt de berekening pro rata de werkelijke gepresteerde of gelijkgestelde dagen in de loop van die maand.
B. Het dubbel vertrekvakantiegeld
Het bedrag van het dubbel vertrekvakantiegeld is gelijk aan het bedrag van het enkel vertrekvakantiegeld.
Bron:
- Koninklijk besluit van 23 november 2022 tot wijziging van artikel 46 van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers, BS 23 december 2022.
Dit bericht delen: