Aanpassing SWT en SWAV door overschrijding spilindex
In februari 2020 werd de spilindex voor het openbaar ambt en de sociale uitkeringen overschreden. Deze overschrijding heeft zowel voor lopende als voor nieuwe SWT’s (Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, voorheen “Brugpensioen”) enkele gevolgen.
Bedrijfstoeslag
Voor nieuwe SWT’s wordt bij de berekening van de bedrijfstoeslag het brutoloon vanaf 1 maart 2020 begrensd tot 4.166,24 EUR/maand.
Voor lopende SWT’s moet de in het verleden berekende bedrijfstoeslag worden geïndexeerd met 2%.
Voor de pseudo-bruggepensioneerden (SWAV) geldt de indexering enkel indien dit werd voorzien in de individuele of collectieve overeenkomst.
Indexering werkloosheidsuitkeringen
Vanaf 1 maart 2020 bedraagt het nieuwe maximumbedrag van de werkloosheidsuitkeringen 1.388,40 EUR/maand of 53,40 EUR/dag.
Voor lopende SWT’s die een lagere werkloosheidsvergoeding ontvangen, dient u het bedrag van de werkloosheid te indexeren met 2%. Dit geldt ook voor de pseudo-bruggepensioneerden (SWAV).
Werknemersinhouding
De RSZ-werknemersinhouding (standaard 6,5% op werkloosheidsvergoeding + bedrijfstoeslag) op SWT mag niet tot gevolg hebben dat het bedrag van de totale vergoeding onder een welbepaald minimum zakt.
Vanaf 1 maart 2020 zijn de geldende minima:
- 1.803,94 EUR voor een voltijdse werkloze met bedrijfstoeslag met gezinslast;
- 1.497,65 EUR voor een voltijds werkloze met bedrijfstoeslag zonder gezinslast.
Voor lopende SWT’s zal de werknemersinhouding moeten worden herbekeken rekening houdend met de aangepaste minima.
Dit bericht delen: