Aangepaste fiscale en sociale regeling bedrijfswagens vanaf 1 juli 2023!
Om de vergroening van het wagenpark aan te moedigen, werd stevig gesleuteld aan de fiscale aftrekbaarheid van auto- en brandstofkosten van bedrijfswagens.
Nadat verschillende hordes genomen werden, worden nieuwe en tweedehandse personenwagens, auto’s voor dubbel gebruik, minibussen en valse lichte vrachtwagens die aangekocht, geleased of gehuurd worden en die als bedrijfswagen gebruikt worden vanaf 1 juli 2023 aangepakt.
Daarnaast wordt de solidariteitsbijdrage verhoogd voor bepaalde wagens die aangekocht, gehuurd of geleased worden vanaf 1 juli 2023.
Beperkte fiscale aftrekbaarheid
Bedrijfswagens besteld vanaf 1 januari 2023
Plug-in hybrides gekocht, gehuurd of geleased vanaf 1 januari 2023 hebben een beperkte fiscale aftrekbaarheid van benzine- of dieselkosten tot 50%.
De kosten voor elektrisch opladen blijven daarentegen 100% aftrekbaar.
Plug-in hybrides die vóór 1 januari 2023 werden besteld, vallen niet onder deze beperking.
Voor de andere bedrijfswagens wijzigt er niks.
Bedrijfswagens besteld vóór 1 juli 2023
Het aftrekpercentage voor de autokosten en brandstofkosten van bedrijfswagens die gekocht, geleased of gehuurd worden vóór 1 juli 2023 wordt berekend aan de hand van de volgende formule: 120% - (0,5% x coëfficiënt brandstof x CO2-uitstoot).
De coëfficiënt bedraagt:
- 1 voor dieselvoertuigen;
- 0,95 voor andere voertuigen (benzine, elektrische, hybride, lpg, biobrandstof of andere);
- 0,90 voor voertuigen op aardgas met vermogen kleiner dan 12 pk.
Het aftrekpercentage van een bedrijfswagen met een CO2-uitstoot van minstens 200 g/km bedraagt maximaal 40%. Dit geldt ook indien geen gegevens met betrekking tot de CO2-uitstoot beschikbaar zijn.
Bedrijfswagens met een CO2-uitstoot kleiner dan 200 g/km CO2 hebben daarentegen een aftrekpercentage van minimaal 50% en maximaal 100%.
Deze berekeningswijze blijft gelden zolang de wagen in gebruik is.
Auto’s die volledig elektrisch zijn, zijn voor 100% aftrekbaar.
Bedrijfswagens besteld vanaf 1 juli 2023 tot en met 31 december 2025
Personenwagens op fossiele brandstof en hybride wagens die vanaf 1 juli 2023 tot en met 31 december 2025 gekocht, geleased of gehuurd worden, genieten van een overgangsregeling.
De ondergrens van 50% voor wagens met een CO2-uitstoot kleiner dan 200 g/km valt weg. Daarnaast wordt de aftrekbaarheid van de beroepskosten geplafonneerd tot 75% vanaf 2025 (AJ 2026) om te komen tot 50% in 2026 (AJ 2027) en 25% in 2027 (AJ 2028). Vanaf 2028 (AJ 2029) zijn deze kosten niet meer aftrekbaar.
De toepasbaarheid van de nieuwe regels wordt bepaald op basis van de datum waarop de bestelbon wordt ondertekend door de verkoper en de koper van het voertuig.
De datum van aankoop is niet noodzakelijk het moment waarop de belastingplichtige economische eigenaar van de wagen wordt. De bestelde maar nog niet geleverde wagens zullen als aangekocht worden beschouwd.
Opgelet: er mag niet afgesproken worden om de leveringsdatum uit te stellen. Indien blijkt dat een bestelbon ondertekend werd voor 1 juli 2023 maar met een veel latere afgesproken leveringsdatum, zou hieruit geconcludeerd kunnen worden dat men frauduleuze intenties had, wat mogelijks tot een geschil met de fiscus kan leiden.
Indien het om een geleasede bedrijfswagen gaat, wordt de datum waarop de leaseovereenkomst wordt ondertekend door de verhuurder en de belastingplichtige huurder in aanmerking genomen.
Bedrijfswagens besteld vanaf 1 januari 2026
Voor aangeschafte wagens vanaf 1 januari 2026 die gedeeltelijk of volledig op fossiele brandstof rijden, zijn de autokosten niet langer fiscaal aftrekbaar.
Koolstofemissievrije bedrijfswagens aangeschaft na 1 januari 2027
Koolstofemissievrije wagens die aangeschaft worden vóór 1 januari 2027 genieten een levenslange fiscale aftrekbaarheid tegen 100%.
Het aftrekpercentage wordt gradueel verminderd voor auto’s die verworven, geleased of gehuurd zijn in:
- 2027 tot 95%;
- 2028 tot 90%;
- 2029 tot 82,5%;
- 2030 tot 75%;
- 2031 tot 67,5%.
Verhoogde solidariteitsbijdrage
Werkgevers dienen op het privégebruik van bedrijfswagens een (RSZ) solidariteitsbijdrage te betalen, de ‘CO2-bijdrage’.
De solidariteitsbijdrage wordt verhoogd voor bepaalde bedrijfswagens die besteld worden vanaf 1 juli 2023.
Wagens aangekocht, gehuurd of geleased vóór 1 juli 2023
De berekening van de solidariteitsbijdrage gebeurt aan de hand van een formule die verschilt naargelang het brandstoftype van het voertuig (diesel, benzine of LPG, CNG of methaangas).
De bijdrage is maandelijks verschuldigd en wordt vanaf 1 januari 2023 als volgt berekend:
- Dieselvoertuigen: [[(CO2-uitstoot x 9 EUR) – 600] / 12] x 171,64 / 114,08
- Benzinevoertuigen: [[(CO2-uitstoot x 9 EUR) – 768] / 12] x 171,64 / 114,08
- Voertuigen op LPG, CNG of methaangas: [[(CO2-uitstoot x 9 EUR) – 990] / 12] x 171,64 / 114,08.
De minimumbijdrage van de solidariteitsbijdrage bedraagt steeds 20,83 EUR per maand (niet-geïndexeerd bedrag).
Bij elektrisch aangedreven voertuigen wordt de minimumbijdrage van 31,34 EUR per maand toegepast.
Indien het CO2-uitstootgehalte niet bekend is voor voertuigen waarvan de CO2-uitstoot niet kan worden achterhaald, wordt de CO2-uitstoot bepaald op:
- 182 gr/km voor benzinevoertuigen;
- 165 gr/km voor dieselvoertuigen.
Dit resulteert dus in een maandelijkse solidariteitsbijdrage van 109,08 EUR voor benzinevoertuigen en 110,96 EUR voor dieselvoertuigen.
Wagens aangekocht, gehuurd of geleased vanaf 1 juli 2023
Benzinevoertuigen, dieselvoertuigen, voertuigen op LPG, CNG of methaangas
Voor bedrijfswagens die aangekocht, gehuurd of geleased worden vanaf 1 juli 2023 moet de solidariteitsbijdrage berekend worden volgens de hierboven vermelde formules.
De aldus berekende solidariteitsbijdrage wordt daarna vermenigvuldigd met een factor. Deze bedraagt:
- 2,25 in de periode van 1 juli 2023 tot en met 31 december 2024;
- 2,75 in de periode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025;
- 4,00 in de periode van 1 januari 2026 tot en met 31 december 2026;
- 5,50 vanaf 1 januari 2027.
De solidariteitsbijdrage berekend op basis van bovenstaande formules en vermenigvuldigd met de hierboven vermelde factor moet minstens:
- 20,83 EUR (niet-geïndexeerd bedrag) in de periode van 1 juli 2023 tot en met 31 december 2024 bedragen;
- 23,41 EUR (niet-geïndexeerd bedrag) in de periode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 bedragen;
- 25,99 EUR (niet-geïndexeerd bedrag) in de periode van 1 januari 2026 tot en met 31 december 2026 bedragen;
- 28,57 EUR (niet-geïndexeerd bedrag) in de periode van 1 januari 2027 tot en met 31 december 2027 bedragen;
- 31,15 EUR (niet-geïndexeerd bedrag) vanaf 1 januari 2028 bedragen.
Elektrisch aangedreven voertuigen
Voor bedrijfswagens die aangekocht, gehuurd of geleased worden vanaf 1 juli 2023 moet de solidariteitsbijdrage berekend worden volgens de hierboven vermelde formule.
De aldus berekende solidariteitsbijdrage moet echter NIET vermenigvuldigd worden met een factor zoals bij de niet-elektrische wagens.
Wel geldt hier ook de minimum solidariteitsbijdrage. Deze bedraagt:
- 20,83 EUR (niet-geïndexeerd bedrag) in de periode van 1 juli 2023 tot en met 31 december 2024;
- 23,41 EUR (niet-geïndexeerd bedrag) in de periode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025;
- 25,99 EUR (niet-geïndexeerd bedrag) in de periode van 1 januari 2026 tot en met 31 december 2026;
- 28,57 EUR (niet-geïndexeerd bedrag) in de periode van 1 januari 2027 tot en met 31 december 2027;
- 31,15 EUR (niet-geïndexeerd bedrag) vanaf 1 januari 2028.
Met het oog op een correcte berekening van de solidariteitsbijdrage dienen klanten van ons sociaal secretariaat voortaan ook de besteldatum van de bedrijfswagen mee te delen aan hun payroll advisor.
Bron:
- Circulaire 2021/C/115 over fiscale vergroening van de mobiliteit;
- Wet van 25 november 2021 houdende fiscale en sociale vergroening van de mobiliteit, BS 3 december 2021.
Dit bericht delen: