Studenten die alternerend leren kunnen voortaan ook een studentenovereenkomst afsluiten bij een andere werkgever!
De Arbeidsovereenkomstenwet biedt, onder bepaalde voorwaarden, de mogelijkheid aan studenten om te werken in het kader van een overeenkomst voor tewerkstelling van studenten.
Deze wet geeft echter geen definitie van het begrip student. Zij bepaalt enkel dat de Koning bepaalde personen uit het studentenbegrip kan sluiten. Het Koninklijk besluit van 14 juli 1995 geeft uitvoering aan deze bepaling. Krachtens dit Koninklijk besluit konden studenten die “alternerend leren” in de meeste gevallen geen overeenkomst voor tewerkstelling van studenten sluiten.
Het Koninklijk besluit d.d. 10 juli 2017 tot wijziging van het voornoemde Koninklijk besluit van 14 juli 1995, brengt hierin verandering. Vanaf 1 juli 2017 kunnen alle studenten die alternerend leren voortaan een overeenkomst voor tewerkstelling van studenten sluiten, onder de volgende voorwaarden: de studentenarbeid is enkel mogelijk wanneer zij geen onderwijs of opleiding moeten volgen of niet aanwezig moeten zijn op de werkplek en voor zover zij niet genieten van een werkloosheidsuitkering, noch van een inschakelingsuitkering, en geldt uitsluitend voor prestaties bij een andere werkgever dan diegene waarbij zij hun praktische opleiding volgen op de werkplek.
Bron:
- Website FOD WASO (http://www.werk.belgie.be/defaultNews.aspx?id=46273)
- KB 10 juli 2017 tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 juli 1995 waarbij sommige categorieën studenten uit het toepassingsgebied van Titel VI van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten worden gesloten, BS 19 juli 2017, 73590.
Dit bericht delen: